Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

BJ5332

Datum uitspraak2009-08-14
Datum gepubliceerd2009-08-14
RechtsgebiedStraf
Soort ProcedureEerste aanleg - meervoudig
Instantie naamRechtbank Zutphen
Zaaknummers06/580536-08 (ontn. vord.)
Statusgepubliceerd


Indicatie

Ontnemingsbeslissing conform tussen OM en veroordeelde getroffen 'schikking'


Uitspraak

RECHTBANK ZUTPHEN Sector Straf Meervoudige kamer Parketnummer 06/580536-08 (ontn. vord.) Uitspraak d.d. 14 augustus 2009 tegenspraak / oip - aangezegd VONNIS De rechtbank heeft te beslissen op de vordering ex artikel 36e van het Wetboek van Strafrecht van de officier van justitie, strekkende tot ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel in de strafzaak tegen [eiser] geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum], wonende te [postcode, plaats], [adres], thans verblijvende in de penitentiaire inrichting “De Berg”, Arnhem Noord. Raadsman mr. Vestiens, advocaat te Doetinchem. De behandeling van de vordering heeft plaatsgevonden op de terechtzitting van 28 april en 31 juli 2009. Van de behandeling is proces-verbaal opgemaakt. Bij onherroepelijk vonnis van deze rechtbank van 12 mei 2009 is betrokkene veroordeeld terzake van onder meer - kort gezegd - de handel in cocaïne (artikel 2 van de Opiumwet). De rechtbank heeft de stukken van het onderhavige dossier bezien, waaronder een proces-verbaal van de behandeling ter terechtzitting van 28 april 2009, een proces-verbaal berekening wederrechtelijk verkregen voordeel [voetnoot 1] en een aanvullend proces-verbaal ontnemingen [voetnoot 2] . Motivering 1. De officier van justitie heeft ter terechtzitting zijn aanvankelijke (op € 836.814,-- geschatte) vordering gematigd tot een bedrag van € 15.762,52. De officier van justitie zich daarbij gebaseerd op de tussen partijen bereikte overeenstemming, waarbij de ontneming is ‘geschikt’ op voormeld bedrag [voetnoot 3] . 2. Door de raadsman is schriftelijk te kennen gegeven [voetnoot 4] dat met het openbaar ministerie overeenstemming is bereikt over het te ontnemen bedrag en dat in dat kader afstand [voetnoot 5] is gedaan van de onder veroordeelde in conservatoir beslag genomen gelden. 3. De rechtbank hanteert als uitgangspunt voor de schatting van de hoogte van het voordeel het voormelde aanvullende proces-verbaal ontnemingen, voor zover gebaseerd op de ter terechtzitting afgelegde verklaring van [eiser] dat hij ongeveer 50 gram per week omzette en per gram € 15,-- verdiende. 4. De rechtbank acht voldoende aannemelijk geworden dat veroordeelde met het dealen voordeel heeft behaald. De rechtbank stelt op basis van het ter terechtzitting gehouden onderzoek, in samenhang met de inhoud van voormeld strafdossier en vonnis en de daaraan ontleende wettige bewijsmiddelen vast, dat betrokkene met de door hem gepleegde feiten wederrechte¬lijk voordeel heeft verkregen. Zij schat dat voordeel op een bedrag van € 29.725,--, uitgaande van de bewezenverklaarde periode van 1 juli 2007 tot en met 13 januari 2009. Dit wijkt af van het in het proces-verbaal ontnemingen genoemde bedrag, aangezien in die berekening is uitgegaan van de periode van 1 april 2007 tot 13 januari 2009. 5. Gelet op de tussen het openbaar ministerie en de veroordeelde bereikte overeenstemming, zal de rechtbank het aan de Staat te betalen bedrag matigen tot na te melden bedrag. Beslissing De rechtbank legt aan de veroordeelde de verplichting op om aan de Staat, ter ontneming van het wederrechtelijk verkregen voordeel, te betalen een bedrag van € 15.762,52 (vijftienduizend zevenhonderd tweeënzestig euro en tweeënvijftig eurocent). Aldus gewezen door mrs. Roessingh-Bakels, voorzitter, Prisse en Feraaune, rechters, in tegenwoordigheid van Van Bun, griffier, en uitgesproken op de openbare terechtzitting van 14 augustus 2009. 1. Proces-verbaal berekening wederrechtelijke verkregen voordeel nr. 0903100900.ONT gedateerd 31 maart 2009, opgemaakt door de inspecteur van politie [naam] 2. Aanvullend proces-verbaal ontnemingen nr. 0905050945.BEV gedateerd 6 mei 2009, opgemaakt door voornoemde verbalisant 3. Brief mr. A. van Veen gedateerd 14 juli 2009 4. Brief mr. Vestiens gedateerd 15 juli 2009 5. Afstandsverklaring conservatoir beslag gedateerd 25 juni 2009